De hoofdregel is dat woorden als 'sommige', 'beide', 'alle' of 'enkele' een meervoudsuitgang -n krijgen als ze personen aanduiden én zelfstandig worden gebruikt.
-Jullie worden verzocht allen naar de kantine te gaan.
-Sommige leerlingen zijn goed in taal, andere niet. (Bijvoeglijk gebruikt. Je kunt namelijk zeggen: 'andere leerlingen')
-De kandidaten werden beiden aan het publiek voorgesteld.
-Sommigen van zijn klasgenoten kon hij wel schieten.
-Enkele werden tegen een gereduceerde prijs verkocht. (Geen personen!)
-Die jongen en zijn vader zijn beiden verongelukt.
-De romans die daar liggen worden alle verkocht.